Een kerststal haken: Herders

De herders haak je volgens het basispatroon.

Maak een smalle arm. Gebruik rustige kleuren. Varieer bv door strepen te haken.

 

Baarden:

Het  aantal lossen is afhankelijk van de maat van het hoofdje altijd even passen.

Ringbaardje van de herders met pluis garen, meerkleurig garen (sokkenwol)

1. 9 lossen
2. sla de 2 lossen over, 7 vasten
3. sla de eerste losse over 6 vasten

Laat een lange draad hangen om de baard mee vast te naaien en vorm bordurend een snor.

Lusjesbaardje:

1. Haak 10 lossen en in de 4e losse een vaste, * 3 lossen, in de volgende losse een vaste* herhalen.
2. 4 lossen en een vaste in de eerste vaste * 3 losse, vaste* Herhalen.
3. herhaal toer 2

Puntbaard :

1. 3 lossen 
2. in de eerste losse 3 halve stokjes (3 hst)
   
3. meerder hst, hst, meerder hst (5 hst)
4. meerder hst, 3 hst, meerder hst (7 hst)
5. meerder hst, 5 hst, meerder hst (9 hst)

Knip de draad af. Gebruik deze om de baard op het gezichtje vast te naaien. Onderste draad afhechten.

Snor:

1.  3 lossen, hv in de 5e steek, 3 lossen 

De staf: (bruin garen stukje chenille draad)

1. MR 4 vasten
2. 4 vasten

Herhalen tot het lang genoeg. Meet het haaksel af aan de lengte van het chenille draadje. Doe het draadje in het ontstane pijpje en hecht de draad af.